Over enkele weken is het zover! Dan vertrek ik voor een maand naar Sevilla om de Spaanse taal te leren. Voor mij een spannende uitdaging; ik ben nog nooit alleen in het buitenland geweest en dat zorgt voor spanningen. Kan ik wel zolang alleen wegblijven? En, nog belangrijker, spreek ik straks Spaans? Voor mij is het een droom die uitkomt en ik heb er erg veel zin in!

Spanje en met name Madrid is een plek waar ik tot rust kom. Ik ga er graag naar toe om even stoom af te blazen. De manier van leven spreekt mij erg aan. Ik kom er dus graag en zou in de toekomst een bescheiden appartement willen hebben om er voor langere tijd te blijven. Lekker schrijven in een land waar negen van de tien dagen de zon schijnt. Het liefst in Madrid, maar aan de kust is ook goed. Wie wil dit nou niet?

Helemaal emigreren zie ik niet zitten. Daarvoor ga ik mijn vrienden en familie te veel voor missen, maar een paar maanden daar zitten zie ik wel voor me. Het mooie van mijn werk als schrijver is dat je het overal kunt doen. Een laptop, internet en inspiratie is alles wat ik nodig heb. Vooral aan dat laatste ontbreekt het mij de laatste tijd een beetje. Een teken dat ik een nieuwe uitdaging nodig heb.
En laat ik dat nou hebben; Spaans leren.

De reden dat ik voor Sevilla gekozen heb en niet voor Madrid is dat ik Madrid wel een beetje ken en ik wil ook graag andere delen van Spanje zien. Bovendien heb ik van horen zeggen dat Sevilla een mooie niet al te grote stad is in het zuiden van Spanje. Nu het vertrek nadert zoek ik zoveel mogelijk op over de stad Sevilla op.

Sevilla, een stad met een kleine 700.000 inwoners, is de belangrijkste stad van Zuid-Spanje op het gebied van cultuur, politiek, economie en kunst en ligt aan de rivier Guadalquiver in de autonome regio Andalusië. Het klimaat is er warm tot zeer heet en er valt weinig neerslag. Het is, zeker met de kou in Nederland, enorm uitnodigend om er naar toe te gaan.

In mijn ogen hebben de Spanjaarden het leven uitgevonden. Geen gehaast en er voor elkaar zijn. Dat laatste zie je terug in het feit dat grootouders vaak bij hun kinderen inwonen. Geen gehaast is voor mij erg goed, zo kom ik tot rust. Het niet hoeven, morgen is er weer een dag. Wij Nederlanders hebben dat totaal niet. Wij zien dat dingen het liefst gisteren gebeuren dan morgen. Wij leven met meer stress en het moeten.

Dat niet alles rozengeur en maneschijn is in Spanje blijkt wel uit de economie. Helaas moet er hard worden bezuinigd om in de pas te lopen. Eigenlijk lopen ze er net buiten. Dagelijks staan er verschrikkelijke verhalen in de krant over hoe slecht het gaat met de Spaanse economie. Het aantal werklozen is schrikbarend hoog. Voor mij een uitdaging om te zien hoe de Spanjaarden daar mee omgaan.